Om te begrijpen waarom we in Nederland op sommige momenten wat minder opwekking uit zonnepanelen willen, is het belangrijk om eerst te begrijpen op welk punt we nu staan in de energietransitie en in de groei van zonne-energie.
In Nederland stond eind 2023 ca 24,5 GWp aan zonne-energie opgewekt, waarvan 10,6 GWp op daken van woningen. Om de klimaatdoelstellingen te behalen, is het belangrijk dat de opwekking van zonne-energie nog verder doorgroeit. Het elektriciteitsverbruik zal blijven doorgroeien komende jaren, en daarvoor is nog veel meer schone energie uit wind en zon nodig.
Desondanks lijkt de groei in het aantal zonnepanelen tot een abrupt einde te komen in afgelopen maanden (bron), om twee redenen:
1 Onzekerheid bij consumenten over de opbrengsten van zonnepanelen, door:
a. De introductie van allerlei verschillende vormen van terugleverkosten door energieleveranciers. Dat per leverancier de kosten voor eigenaren van zonnepanelen anders worden berekend, maakt dit voor consumenten extra complex en draagt verder bij aan onzekerheid en wantrouwen richting de toekomst. (lees ook: Het objectieve verhaal over rendement van zonnepanelen)
b. Wisselende berichtgeving uit de politiek over het wel of niet afschaffen van de salderingsregeling. Met in 2023 een voorstel voor geleidelijke afbouw, februari 2024 het afkeuren van dit voorstel in Eerste Kamer, en in juni 2024 het voornemen in het regeerakkoord om per 2027 de regeling in één keer af te schaffen.
2. Beperkte capaciteit op het elektriciteitsnet en uitvallende omvormers
a. In het grootste gedeelte van Nederland kleurt de capaciteitskaart voor teruglevering inmiddels rood, wat betekent dat in het grootste deel van het land grotere (commerciële) installaties op een wachtlijst komen vanwege beperkte transportcapaciteit voor teruglevering. Kleinschalige (particuliere) teruglevering is overigens nog wel in heel het land mogelijk.
b. Een groeiend aantal oudere laagspanningsnetten (de grondkabels in wijken die de elektriciteit naar woningen transporteren) in buurten waar veel zonnepanelen zijn geinstalleerd, zijn niet uitgerust op de stroombelasting door pieken in teruglevering bij veel zon. Dit kan tot stroomuitval leiden.
c. Op een steeds groter aantal plaatsen stijgt de spanning op het laagspanningsnet bij pieken in teruglevering tot boven 253V, omdat het dunste deel van de bekabeling de teruglevering niet kan transporteren. Omvormers vallen dan uit (in storing), vaak op voor bewoners willekeurige adressen (waar de grondkabels het dunst zijn).
Hierbij is het belangrijk te vermelden dat zonnepanelen slechts een klein (8-10%) deel van de tijd tot deze kosten- en netcongestie problemen leiden. Namelijk bij zonpieken en op momenten van onbalans (als door onverwacht meer instraling of onverwacht minder vraag, de invoer en afname van elektriciteit op het landelijke net, uit balans raakt).
Door het dimmen zonnepanelen op woningen mogelijk te maken op deze piek- en onbalansmomenten, kunnen hoge kosten voor teruglevering worden voorkomen en tegelijk op korte termijn een oplossing worden geboden voor de problemen op laagspanningsnetten door pieken in teruglevering.
Met de Zonnedimmer kunnen zonnepaneel eigenaar toestemming geven om een klein deel van de jaarlijkse opwekking in te leveren, in ruil voor lagere terugleverkosten en een stabiel laagspanningsnet in de buurt.